Liever geen siliconen en wel tepelbesparing

03:28 - 02:05
luistertijd 03:28 - leestijd 02:05

Als je voor het voldongen feit wordt gesteld dat er een borst geamputeerd moet worden, komen er vele vragen op je af. We hebben al eens uitgebreid stilgestaan bij de reconstructiemogelijkheden van een borst na amputatie, bij kanker bijvoorbeeld. Maar dat zijn vooral operatieve kwesties. Maar wat doe je bijvoorbeeld als je liever geen vulling met siliconen wilt, en hoe zit het met de tepel, kan die bespaard worden, of moet hij eraf?

plastisch chirurg Frank Niessen, werkzaam bij Esthetisch Centrum Jan van Goyen in Amsterdam licht het toe:

Implantaten hebben altijd een siliconen omhulsel en de inhoud kan van zout water en van siliconen zijn. Ook al is er weer veel discussie over siliconen na het PIP schandaal, toch heeft het de voorkeur van plastisch chirurgen in Nederland om siliconengevuldemimplantaten te gebruiken. Zoutgevulde implantaten kunnen wat vocht verliezen en gaan ‘klotsen’, ze voelen minder natuurlijk, veel vaster, aan en gaan vaker kapot. Daarnaast tonen ze veelal rimpels door de huid en zijn ze alleen in een ronde vorm te verkrijgen.

Ziek door siliconen?

In grote studies is nooit gebleken dat je ziek wordt van siliconen en is er alleen mogelijk een relatie met een zeldzame vorm van borstkanker, maar dit komt zeer zelden voor. Ook al lijken er geen aanwijzingen voor, plastisch chirurgen van de NVPC in samenwerking met de internisten, gaan uitzoeken of rheumatische klachten bij vrouwen die er gevoelig voor zijn toenemen na een borstimplantaat. Ook hiervoor zijn op dit moment geen duidelijke aanwijzingen in de medische literatuur. Daarom gebruiken we siliconen implantaten.

Tepelbesparing: ja of nee

Om tepelsparend te kunnen werken na een borstamputatie heeft te maken met een aantal aspecten. Onder andere is het mogelijk dat de tumor zich te dicht bij de tepel bevindt, zodat deze niet gespaard kan worden. Het is er nog onvoldoende duidelijk of het sparen van de tepel op termijn niet vaker tot nieuwe tumoren kan lijden. Dit met name bij profylatische ablatio’s.

Ook heeft het te maken met de voorkeur van de chirurg. Hoe meer weefsel er verwijderd wordt hoe safer het gevoel, maar wel zijn er in de literatuur steeds meer aanwijzingen dat de tepel gespaard kan worden zonder veel extra kans op een nieuwe tumor.

Tot slot is de doorbloeding van belang. Wanneer je de borst verwijdert, verwijder je ook de bloedvaten die door de borst naar de huid lopen. De huid krijgt dan alleen nog bloed vanuit de vaten door de huid zelf. Als de borst groot is en de afstand tot de tepel lang, is er een grotere kans dat de tepel onvoldoende doorbloed wordt en dus niet gespaard kan blijven. Ook wordt de doorbloeding aangetast wanneer na het verwijderen van de borst er een dunne huid overblijft. Ook dan kan het lastig zijn, ook is er dan een grotere kans op wondgenezingsstoornissen.’

Heb jij een vraag aan plastisch chirurg dr. Frank Niessen, stel hem via het contactformulier. Je krijgt altijd antwoord.

Heb je klachten over je borstimplantaten, meldt ze dan vooral ook bij dit meldpunt van de overheid:

www.meldpuntbijwerkingenimplantaten.nl

Lees ook