Wat mij betreft verdient die Cihac een kapperstoel in de hemel.

04:55 - 02:57
luistertijd 04:55 - leestijd 02:57

Een ‘schokkend’ bezoek aan de Turkse kapper

Journalist Mick Boskamp

Geen warmer en vriendelijker volk dan Turken. Zelfs als ze me niet kennen, noemen ze me al ‘vriend’.  Even serieus: ik ben gek op ze en zij op mij. Als ik met mijn dochter haar favoriete raspatat ga halen bij de snackbar, die door Turken wordt bestierd, worden we altijd onthaald alsof we familie zijn en krijgt die kleine van me steevast een grote glimlach en een gratis lolly.  En bij de Turkse bakker krijg ik regelmatig met een vette knipoog wat Turks Fruit mee. On the house.

Ik kom graag bij Turkse winkels. Naast dat ik van hun spullen houd, word ik er vrolijk van.

Aan mijn haar geen polonaise

Maar tot voor kort ging ik met een grote boog om de Turkse kapper heen. Want aan mijn haar geen polonaise.

Ik zag teveel would be Graziano Pellè’s om me heen, de Italiaanse Feyenoorder die nu bij Southampton in Engeland speelt en er bijzonder goed uitziet, maar die een jaren veertig kapsel draagt waar elke Turkse kapper patent op schijnt te hebben. Vaak maken ze er ook een extra brede zijscheiding in door die scheiding met een mes te scheren. En als ik ergens een hekel aan heb, dan is het aan een dertien in een dozijn hoofd.

‘Daarna wil je nooit meer iets anders’

Waarom ik me een tijd geleden toch liet ompraten om in de Haagse Laan van Meerdervoort binnen te stappen bij kapsalon Keyis, had alles te maken met mijn niet aflatende nieuwsgierigheid. ‘Je gaat iets meemaken wat je nog nooit hebt meegemaakt,’ zei de persoon in kwestie. ‘En daarna wil je nooit meer iets anders.’

Links kapper Cihac uit Den Haag, rechts Mick Boskamp

Een belangrijk en voornaam beroep

Voordat ik op die bewuste vrijdagmiddag plaats nam in de stoel bij Keyis-eigenaar Cihac deed ik wel mijn huiswerk.

Op internet las ik dat gedurende het Ottomaanse Rijk van 1300 tot 1600 na Christus kappers geen winkels meer mochten hebben en gedwongen werden om halve nomaden te worden, die hun vak op straat uitoefenden of in de hamans, de Turkse baden.

Het vak van kapper wordt in Turkije sinds die tijd als een belangrijk en voornaam beroep gezien, een bekwaamheid die van vader op zoon gaat. Pas na jaren van training mag een Turkse kapper zich een meesterbarbier noemen. Waarom de kapper zo belangrijk is in Turkije, is omdat een man zich daar letterlijk en figuurlijk laat verzorgen. Thuis scheert hij zich bijvoorbeeld nauwelijks. Dat wordt voor hem gedaan, misschien wel elke, maar toch zeker om de dag. En dan zo glad mogelijk, zodat hij er nog even mee door kan lopen.

‘Ik was zo glad als een tekkel’

Eerst knipte meesterbarbier Cihac mijn hoofdhaar in precies de coupe die bij me staat en waarmee ik alle kanten op kon. Met wax was ik het moderne heertje en zonder kon ik er ook mee door. Toen scheerde hij me, met smeuïge, heerlijk ruikende Turkse scheerzeep (een staafje nam ik voor een paar euro mee naar huis). Ik was zo glad als een tekkel. En toen ik dacht alles gehad te hebben, begon het feest pas.

Eindigen met het piece de resistance

Cihac pakte een rolletje garen en spande een stukje touw tussen zijn tanden en zijn vingers en begon met een ingenieuze handeling overtollige wildgroei uit en tussen mijn wenkbrauwen te verwijderen.

Daarna elimineerde hij met een electrisch apparaatje  de haren die uit mijn neusgaten alle kanten op woekerden (op mijn leeftijd krijg je te maken met zogenaamd ‘probleemhaar’), om vervolgens te eindigen met het piece de resistance.

Je hoorde de haartjes knetteren van ellende

Hij nam een soort van korte breinaald ter hand waar aan het uiteinde een bolletje watten zat, doopte het in een naar spiritus geurende vloeistof, stak het bolletje aan en begon vervolgens met de naald tegen mij oren te slaan. Hierdoor verbrandden de haartjes die zich in mijn oorschelp probeerden te verstoppen.  Je hoorde ze knetteren van ellende en je rook de geur van verbrand haar.

De rekening was ‘schokkend’

Ik vond het heerlijk allemaal. Dat gepiel aan mijn hoofd was op zich al geld waard. En dan was het resultaat er ook nog naar. De rekening was helemaal ‘schokkend’ voor dat alles: 25 euro. Wat mij betreft verdient die Cihac een kapperstoel in de hemel.

Lees ook